een toskaansch geslacht, van hetwelk verscheidene leden zich beroemd hebben gemaakt.
1) (Benedict.), regtsgeleerde en geschiedschrijver, geb. te Arezzo in 1415, gest. in 1406. Hij oefende eerst de regtspraktijk uit te Florence, doch wijdde zich vervolgens geheel aan de geschiedenis. Onder den titel van : De bcllo a Chrisfianis centra, barbaros gesli pro Chrisii sepulchro gaf hij eene geschiedenis in het licht van den eersten kruistogt, waaraan Tasso gezegd wordt de grondgedachte van zijn dichtstuk te hebben ontleend.
2) A. (Bernard), dichter, zoon van den voorgaande, geb. te Arezzo omstreeks 1440. Hij leefde aan het hof der pausen Urbanus en Leo X, en stond bij zijn leven zoo hoog aangeschreven, dat zijne tijdgenooten hem Unico Aretino noemden. De nakomelingschap heeft ' een ander oordeel over hem geveld, en misschien leeft er op dit oogenblik niemand, die zijne gedichten gelezen heeft.Een gedeelte zijner werken is uitgegeven te Florence in 1513, en het overige gedeelte te Venetië in 1519.
3) A. (Franciscus), broeder van Benedictus A., geb. te Arezzo in 1418, gest. in 1483. Hij was de grootste regtsgeleerde van zijne eeuw. Behalve verscheidene regtsgel. werken, heeft hij eene latijnsche vertaling nagelaten van St. Johannes Chrysostomus, wijders eene uitgave met latijnsche overzetting van de Brieven van Phahris, enz.