Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Moi

betekenis & definitie

I. mij, ik; c’est moi, ik ben het; moi qui vous parle, ik zelf; à moi, aan mij; van mij; à moi!, helpl; chez moi, bij mij (thuis); mon chez moi, mijn thuis;

II. ik, ego, ikheid; son autre moi-même, zijn tweede ik; le moi est haïssable, le moi choque toujours, het doet onaangenaam aan, als iemand het over zich zelf heeft.

< >