Definities van Etymologicum 1573 in de Ensie K
- koelen, ver-koelen
- koelte
- koelte j. koel windeken
- Koelter
- Koen
- koenaerd
- koenheyd
- Koenken
- koenlick
- Koer-bisschop, koor-bisschop
- koer-wachter
- Koer, koer-torn
- Koerd, koord
- Koeren
- Koeren, koerien. j. karien
- koerer
- Koers, kuers
- Koert
- Koert. j. vrijd-hof
- koertisaen
- koertisaene
- koertiseren
- koertoys
- Koesijn. j. kosijn
- Koeste
- Koesteren
- koesteringhe
- koets-ken
- koets-maecker
- koets-waghen
- Koetse
- koetse, koetsie. j. koets-wagen
- koetsen
- Koeuer
- Koeuer-dack
- koeueren, koeueréren
- Koeye. j. koe
- Koffer
- koffer maecker
- koffer, ouer-welfde kiste
- koffertorie omslagh
- Kogghe, kogh schip
- Koghe
- Koghel
- Koghel keughel, kughel
- Kokelen
- Kokelen. j. keuckelen
- Koken
- koken-iongh-wijf
- koken-latijn
- koken-maerte. j. koken-ionck-wijf
- koken-meester
- koken-mol
- koken-pot
- koken-vriend
- koken-water
- koken-werck
- koken-wijf. j. koken-iongh-wijf
- kokene, keuckene
- Koker
- koker messen-koker
- koker van den mast
- Koker-muylen
- koker, boogh-koker
- koker, pijl-koker
- koker, schrijf-koker
- kokerije
- Kokerillen
- Kokernelle
- Kokerol, kokeloer
- kokerolien, kokeloeren
- Koketrijs. j. kocketrijs
- Kokoduyns gheld
- Kolck
- kolcken
- Kold
- kolde-schael
- Kole
- kolen vier
- kolen-berner, kolen-man
- kolen-hardst
- kolen-krabber
- kolen-meese. j. brand-meese
- kolen-swert
- koleur de roy. j. roaensche verwe
- Koleur. j. verwe
- koleuren. j. verwen
- koleuréren den sanck. j. eenckelen
- kolf hout, kloef-hout
- kolf-bal, slagh-bal
- kolf-draegher
- kolf-ooghe
- Kolf, kolue
- Kolf. j. kolp
- Koliander. j. koriander
- Kolicompas, kolijcke
- Kollacie
- kollacien
- Kolle-bloeme. j. coren-roosen
- Kolleféren