Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 21-03-2022

nod

betekenis & definitie

1. knikken [met hoofd]; knikkebollen; nod off again, weer indutten; nod to its fall, ten val neigen; have a nodding acquaintance with, oppervlakkig kennen;

2. knikken, door wenken of knikken te kennen geven; nod approbation, goedkeurend knikken; nod one’s head, met het hoofd (k)nikken;
3. knik(je); wenk; give a nod, knikken; be at his nod, hem op zijn wenken bedienen; the land of Nod, het land van Klaas Vaak.

< >