Titel van een bekend Gronings volkslied, dat spottenderwijs wel eens het tweede Groningse volkslied wordt genoemd. Naar het lied is door kunstenaar Jan de Baat een standbeeld gemaakt, dat sinds 1959 op het Stationsplein in de stad Groningen staat.
Het lied verhaalt van ’t Peerd van Ome Loeks dat hailemoal dood is:
Gaster nog goud gezond, sluig hai mit steert in 't rond
't Peerd van Ome Loeks is dood, hailemoal dood.
Haar’k hom moar vreetngeevm, din was hai wel in ’t leevm bleevm
't Peerd van Ome Loeks is dood, hailemoal dood!
De tekst van het liedje is een bewerking van een Duits studentenlied uit het einde van de 19de eeuw. De herkomst van de naam ‘Ome Loeks’ blijft onduidelijk. Het vermoeden bestaat dat de - in het Gronings vrij algemene - naam Loeks of Lucas in het liedje opduikt, wanneer een paard van een zekere Loeks plotseling dood gaat. Er zijn verschillende kandidaten die enig recht kunnen doen gelden op de titel ‘Ome Loeks’. De vrijgezelle voermansknecht Lucas Broekmans gooit hoge ogen. Hij woonde in het begin van de 20ste eeuw aan de Jacobijnerweg.
Hij had een eigen paard, ‘Graaf’, waarmee hij voor het transportbedrijf van voerman J. Kuipers Lzn. aan het Boterdiep werkte. Het paard ging vermoedelijk rond 1910 - plotseling dood en Loeks Broekmans bleek ontroostbaar. Er is sprake van een rouwadvertentie, die door de collega-voermanknechten van Broekmans werd geplaatst en waarin het verscheiden van ‘Graaf’ gemeld wordt. Ook andere, mondelinge, overleveringen wijzen sterk in de richting van Loeks Broekmans als de echte ‘Ome Loeks’.
Een tweede kandidaat is Lukas van Hemmen, die zich er bij zijn leven regelmatig op voor liet staan de echte ‘Ome Loeks’ te zijn. De stad-Groninger caféhouder Van Hemmen (1876-1955), die op jeugdige leeftijd jockey en pikeur was geweest, bezat onder meer een hengst ‘Appelon’. Het dier stond in de stal van Van Hemmen aan de Blekerstraat, grenzend aan het café De Slingerij aan de A-weg. Het dier viel op zekere dag een knecht van Van Hemmen aan. De eigenaar kwam met een hooivork tussen beide. Het paard raakte daarbij gewond en stierf kort daarna aan een ‘krampkoliek’. Naar aanleiding van die gebeurtenis werd het volksliedje opnieuw veel gezongen.
Het standbeeld van het Peerd van Ome Loeks is in de nacht van 21 op 22 augustus 1959 op het gazon aan de voorzijde van het Groninger station geplaatst. Dat gebeurde met de takelwagen van de gemeentelijke brandweer, die in de volksmond ‘Ome Loeks’ genoemd werd. Er vond geen officiële onthulling plaats: de Groninger gemeenteraad was achteraf niet zo gelukkig met het standbeeld, dat de Amsterdamse beeldhouwer-autodidact Jan de Baat had gemaakt. [Bekenkamp]
Het beeld is inmiddels echter niet meer weg te denken uit de stad. Op 23 oktober 1974 is in Groningen op initiatief van de Noordelijke Juniorkamer de Stichting Peerd van Ome Loeks opgericht. De stichting beheert het auteursrecht van het beeld en stelt zich verder ten doel stad en provincie Groningen te promoten en culturele projecten te bevorderen. Op 15 oktober 1999 heeft de stichting ter gelegenheid van haar zilveren jubileum een replica op schaal van het standbeeld aangeboden aan Madurodam.
Lit.: H.J.C. Bekenkamp, 'Over peerden en Loeks’, Groningen toen. Uitgave 1984 (Groningen 1984) 87-98.