Voormalig gasthuis aan de Grote Leliestraat te Groningen; rond 1960 gesloopt. In 1676 lieten Henricus Cremers en zijn vrouw Hebilia Metelen twee kamers aan de zuidzijde van de Schuitemakersstraat na, om er een gasthuis voor behoeftige rooms-katholieke vrouwen op te richten.
Het gasthuis bleef in de familie Cremers en werd uiteindelijk in 1765 geërfd door W.C. Cremers (zie Klein Cremersgasthuis) en zijn broer Jacobus J. Cremers. In 1906 werd het gasthuis verkocht aan het Rijk, omdat het Rijk de grond nodig had voor de bouw van het postkantoor aan de Munnekeholm. Het gasthuis verhuisde toen naar de Grote Leliestraat, waar zeven kamers met erven en bleken werden gekocht (nummers 29/1 t/m 29/7). Rond 1940 woonden hier nog steeds zeven dames die vrije woning, geneeskundige hulp en een maandelijkse uitkering kregen.