Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Portielje, jan frederik pieter (‘jan’)

betekenis & definitie

Geb. Amsterdam 20 april 1829, overl.

Antwerpen 6 februari 1908. Woonde en werkte in Amsterdam, Antwerpen, Brussel; sedert 1857 voorgoed in deze stad. Leerling van de Akademie v. B.K. te Antwerpen (van 1849 af) en leerling van Valentijn Bing en Jan Braet von Uberfeldt. Schilderde figuren, portretten, in- en exterieurs met figuren (genre).Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1857-1884 : groep kinderen, met een guirlande van bloemen spelend; op weg naar de kerk ; zwervende muzikante ; oosterse vrouw; de Spaanse ; de voorbereiding voor het feest ; behaagzucht; enz.

ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: een zigeunervrouw (gem. Portielje Anvers).

Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Wurzbach.

< >