Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Hoen, cornelis petrus ’t

betekenis & definitie

Geb. Amsterdam 3 maart 1814, overl.

Brussel 30 augustus 1880. Woonde van 1841-1854 in Den Haag, daarna een jaar in Amsterdam en vertrok eind 1859 naar Brussel. Leerling van G. A. Roth, van de Akademie v. B.K. in Den Haag (1841-1842), A.

Waldorp en A. Schelfhout. Echtgenoot van G. W. Buys (schilderes). Was oorspronkelijk koopman en amateurschilder, maar legde zich later geheel en al op het schilderen toe.

In 1840 lid van de Koninklijke Akademie te Amsterdam. Hij schilderde landschappen, stads- en riviergezichten.Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1836-1851: Gelders landschap; avondlandschap; wintergezicht; enkele stadsgezichten met gebouwen en schepen, en riviergezichten.

Kunstkronijk 1845/46 (bldz. 24).

Immerzeel; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall port.; Waller; Wurzbach.

< >