Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Brouwer, anthonius

betekenis & definitie

Geb. Nijkerk 18 juli 1827, overl.

Hilversum 4 juli 1908. Werkzaam in Hilversum. In de jaren 1862-1863 heeft hij België (Antwerpen) bezocht. Leerling van de Rijksakademie (1849-1855) te Amsterdam o.l.v. J. W.

Pieneman en van de Tekenakademie te München (1859—1861). Was lid van ‘ Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. Heeft o.m. bijbelse voorstellingen geschilderd; maakte ook tekeningen en litho’s. Tentoonstellingen te Amsterdam in 1848 : vogelnestje met bijpassende takken en bladeren. Leeuwarden in 1853: Genoveva ontdekt door Siegfried. Den Haag in 1863 : de opwekking van het dochtertje van Jaïrus. Amsterdam in 1892 : Christus voorspelt de ondergang van Jeruzalem ; gewijde muziek.

Rotterdam in 1894: de berouwvolle Petrus. Amsterdam in 1899: Christus op de lijdensweg. Amsterdam in 1903: Maria en Johannes.
HILVERSUM -werk in ‘de Vaart’.

Luns; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek I; Scheen 1946 en 1969; Waller.

< >