Geb. Amsterdam 24 mei 1858, overl.
Amsterdam 27 februari 1940. Woonde en werkte in deze stad. Heeft met zijn vader Albertus Braakensiek samengewerkt en met W. Steelink in 1886. Leerling van J. B.
Tetar van Elven en van de Rijksakademie te Amsterdam (1876-1881 o.l.v. A. Allebé en B. Wijnveld jr). Begon als tekenaar van borduurpatronen, daarna schilder van figuurstukken en eindigde als illustrator, o.a. van de boeken door Justus van Maurik; vooral tekenaar van politieke spotprenten voor belangrijke Nederlandse en buitenlandse dag- en weekbladen. Gaf les aan H.
Braakensiek. Was lid van ‘ Arti et Amicitiae’ te Amsterdam.Tentoonstellingen te Amsterdam in 1899, Den Haag in 1896 en Rotterdam in 1902; diverse genre- en figuurstukken, w.o. ‘is er nog hoop’; ‘de oude rekening’; ‘in de perykel’.
ROTTERDAM -Belastingmuseum Prof. dr Van der Poel: portret van J. Kuyper (tekening).
Tentoonstelling Stedelijk Museum Amsterdam (cat. nov. 1911).
Elsevier XVII, 1899 (Lynceus, bldz. 527-531), XLII, 1911 (Kroniek) en LXXIII, 1927 (Kroniek).
‘Pen en potloodkrassen, 52 tekeningen uit De Amsterdammer, Amsterdam 1892; Van alles wat’, 20 tekeningen, Amsterdam 1896 (2e druk).
Luns; Lurasco; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Thieme-Becker; Van Hall
I, II en port.; Waller.