Schepter
SCEPTER (<Fr.-Lat.), m. (-s), 1. sierlijk bewerkte, kostbare staf als symbool van vorstelijk gezag, koningsstaf, rijksstaf: een koning in al zijn pracht, met kroon en schepter, de schepter houden, voeren, zwaaien, als vorst regeren; 2. (fig.) oppergezag, heerschappij : onder vreemde schepter leven; 3. ijzeren staaf die iets steun...