Wat is de betekenis van next?

2025-07-20
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

next

(bijvoeglijk naamwoord) [alg.] zie: woordenboek E-N

2025-07-20
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

next

I. naast, dichtstbij zijnd, (eerst)volgend, volgend op..., aanstaand; what next?, ook: wat (krijgen we) nu?, nu nog mooier!; the next best, op één na de beste; the next boy you see, de eerste de beste; he lives next door, hij woont hiernaast; next door to, vlak naast; grenzend aan; zo goed als; the next thing to hopeless, zo goed als...