Wat is de betekenis van loop vol?

2025-07-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

loop vol

loop vol - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vollopen ♢ Ik loop vol 2. gebiedende wijs van vollopen loop vol! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vollopen loop vol je?...