Wat is de betekenis van Exploiter?

2025-07-19
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Exploiter

I. exploiteren, ontginnen, winstgevend (rentegevend) maken, uitbuiten, uitzuigen, uitwerken [gedachte], misbruik maken van, munt slaan uit, zich ten nutte maken, partij trekken van; II. een exploot uitbrengen.

2025-07-19
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

exploiter

uitbuiter.