Collator
(Lat.), m. (-en), hij die een (predikants)-plaats heeft te begeven.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
ōris, m. iemd, die mee bijdraagt (tot de kosten van een maaltijd); mededeler, voordrager, redenaar.
Jacon Kramers Jz (1948)
(Lat.) m. begever van enig ambt, inz. een predikantsplaats; bezitter van het collatle-recht.
M. J. Koenen's (1937)
m. (Lat.) collatores; (Ned.) collators, collatoren (Lat. iem., die een ambt inz. een predikantsplaats heeft te begeven).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: