thuishonk bij honkbal e.d..
honk waarvan een speler of speelster van een honkbal-, softbal- of kastieploeg die aan slag is, na de bal geraakt te hebben vertrekt en dat hij of zij na een omloop langs de overige drie honken weer moeten zien te bereiken om een punt te scoren; thuishonk.
Zo genoemd omdat een honk plaatvormig is.
Voorbeelden:
Honkbal wordt gespeeld op een veld met daarop een aantal vaste punten. Er is een thuisplaat van waar wordt geslagen, en er zijn drie honken die met de thuisplaat verbonden zijn door een vierkant in lijnen. De maat tussen de honken is 27,5 meter. De lijnen vanaf de thuisplaat naar het 1e honk, en de lijn vanaf het thuisplaat naar het 3e honk vormen de begrenzing van het speelveld.
http://www.sport-en-spelen.nl/honkbal.html, 2011
Als hij uitgebeld is, zegt hij ons dat hij nog aan twee kaartjes kan komen. Het zijn zitplaatsen op zestig meter van de thuisplaat. Zijn tussenpersoon heeft hem er driehonderd dollar voor gevraagd.
Mart Smeets, Murfreesboro blues, 2000
Als de bal uit de handen van de pitcher komt, lopen 1e en 3e honkvrouw richting thuisplaat.
http://www.littleleaguenetherlands.nl/index.asp?pid=227
Het spelverloop is als volgt; elke ploeg heeft de kans punten bij elkaar te verzamelen door zoveel mogelijk mensen veilig over de honken heen te krijgen tot terugkeer bij de thuisplaat. Het lopen van spelers mag enkel na een goed geslagen bal die niet direct uit de lucht wordt gevangen. Als een speler niet op tijd veilig op één van de honken of de thuisplaat uitkomt, kan hij uitgemaakt worden door de verdedigers.
http://www.sport-en-spelen.nl/honkbal.html, 2011
Een team blijft aan slag zolang de drie uits niet worden gemaakt door de tegenstander. De puntentelling is zo dat er voor elke speler die over de thuisplaat komt 1 punt wordt behaald.
http://www.sport-en-spelen.nl/honkbal.html, 2011
