Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

suikerpatiënt

betekenis & definitie

iemand die aan suikerziekte lijdt.

iemand die aan suikerziekte lijdt; iemand die suikerziekte heeft; patiënt met suikerziekte; diabetespatiënt; diabeticus.

Voorbeelden:
De Groningse arts drs. W. Fritschy heeft een nieuwe techniek ontwikkeld voor de transplantatie van de insuline-producerende 'eilandjes van Langerhans' uit de alvleesklier. Door een dergelijke behandeling kan de suikerpatiënt verzekerd zijn van regelmatige toevoer van de benodigde hoeveelheid insuline.
Meppeler Courant, 1994

Ook een diabeticus (suikerpatiënt) hoeft de sauna niet te mijden.
http://www.szs.nl/

Gedurende de dagelijkse vergaderingen peuzelt Ten Have - die suikerpatiënt is - met regelmaat boterhammen, om de glucosespiegel van zijn bloed in de juiste balans te houden.
NRC, 1993

Om te voorkomen dat complicaties, zoals hart- en vaatziekten en nierfalen, al vroeg in het leven de kop opsteken is een suikerpatiënt aangewezen op het spuiten van insuline.
http://www.erfocentrum.nl/erfelijkheid/aange.php

In de Ontmoetingsruimte van het Diaconessenhuis vinden komende donderdag en volgende week woensdag twee bloedsuikerdagen plaats. Op deze dagen kunnen suikerpatiënten met een bloedsuikermeter hun eigen bloedsuikerwaarde en zo de juiste dosering insuline bepalen.
Meppeler Courant, 1995

< >