het essayeren (onderzoek van het gehalte) van goud of zilver in een cupel. Hierbij haalt men een klein stukje van het voorwerp af, dat eerst wordt gewogen, vervolgens in bladlood gewikkeld en ten slotte verhit.
Het lood oxideert of wordt door de poreuze cupel geabsorbeerd: wat overblijft is een bolletje zuiver metaal. Dit bolletje wordt opnieuw gewogen; uit het verschil van de beide uitkomsten kan de hoeveelheid toegevoegd metaal worden berekend. Bij goud wordt ook wel zilverfolie in plaats van bladlood gebruikt. De cupellatie wordt vanaf de 15de eeuw toegepast.