Aanwas betekent groei of toename, vooral in aantal of hoeveelheid.
De betekenis in verschillende contexten:
* Groei van een groep mensen of dingen:
De vereniging kreeg een flinke aanwas van nieuwe leden.
- Er kwamen veel nieuwe leden bij.
* Natuurlijke groei:
De aanwas van zand langs de kust zorgt voor bredere stranden.
- Er komt zand bij, waardoor het strand groeit.
* Groei bij planten of dieren:
De aanwas van jong vee was dit jaar groter dan normaal.
- Er werden meer jonge dieren geboren.
Samengevat:
Aanwas = iets dat groeit, bijkomt of toeneemt.