Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Werken

betekenis & definitie

Onder w. van hout verstaat men het krimpen en zwellen als gevolg van afgifte en opname van vocht uit de omgevende lucht. Deze vochtwisseling wordt beheerst door de relatieve vochtigheid van de lucht en, in mindere mate, door de temp.

Bij een constante rel. vochtigheid en temp. stelt het hout zich dus op den duur in op een bepaald vochtgehalte. Bij drogen van het hout begint de krimp, zodra het vochtgehalte daalt beneden het verzadigingspunt van de vezels. De oorzaak van het w. is gelegen in de hygroscopiciteit van de celwanden. W. is een onaangename eigenschap van het hout: deuren, ramen, enz. gaan bij het zwellen klemmen, terwijl bij het krimpen kieren ontstaan. Het verdient daarom aanbeveling het hout - zo nodig kunstmatig - te drogen tot een vochtgehalte, dat in overeenstemming is met de gemiddelde relatieve vochtigheid van de omgeving ter plaatse, Waar het gebruiktwordt. Het w. kan men m.o.m. uitschakelen door het water in de celwanden te verdringen door bepaalde stoffen, speciaal sommige kunstharsen. Dit procédé is echter voor de meeste toepassingen te kostbaar.

< >