Een v. is een overkapping, waaronder de graanoogst wordt geborgen. Deze wordt behalve op het land ook wel nabij de boerderij gebouwd of aangebouwd als de schuur van de boerderij te klein is. de hoofdconstructie bestaat uit gebinten en spanten van hout of ijzer, de bedekking is van riet, pannen, gegolfde asbest-cementplaten of gegalvaniseerde ijzeren platen.
In veel gevallen wordt het dak aan de regenzijde tot op 2 m hoogte doorgetrokken, om het inregenen tegen te gaan. Aan de andere zijde steekt het dak zover buiten de gebintstijlen uit, dat er nog met de geladen oogstwagens onderdoor kan worden gereden. De v. zijn open of gedeeltelijk gesloten.