Ikonen Lexicon

Karin Braamhorst (2004)

Gepubliceerd op 01-03-2017

Iconostase

betekenis & definitie

Een iconostase is een gemetselde of houten beeldenwand tussen het schip van de kerk en het altaar, waarin de iconen volgens een bepaald programma zijn opgenomen. De iconen zijn in een rij naast en boven elkaar geplaatst; een horizontale rij heet ook wel register.

Vanaf de vierde eeuw wordt aan het christelijke kerkgebouw een symbolische betekenis gegeven, die in de negende eeuw volledig tot ontwikkeling komt. In de orthodoxe kerk wordt het een voorschrift, dat het mysterie van de eucharistie niet door leken mag worden gezien. Een stenen scheidingswand komt voor het eerst voor in de kerk van het Heilig Graf te Jeruzalem in de vierde, vijfde eeuw. Op een laag hekje, de templon, staan zuilen, die een architraaf dragen. Tussen de zuilen worden vanaf de elfde eeuw iconen geplaatst. Hieruit is de iconostase ontstaan als afscheiding tussen het heilige der heiligen en de ruimte voor leken. De Byzantijnse iconostase is nooit hoog geweest en bestond uit maximaal drie rijen iconen boven elkaar. De onderste bestaat uit iconen van de Moeder Gods en van Christus met daarnaast iconen van de beschermheiligen van de kerk, de plaats of de feestdag waaraan de kerk gewijd is. De middelste rij is de Deësisrij, waar de heiligen als regel ten halve lijve worden afgebeeld. De bovenste rij bevat de kleine iconen van de belangrijke feestdagen. In de vijftiende eeuw doet de houten iconostase in Rusland zijn intrede. De iconostase groeit uit tot de nok van het dak en wordt vanwege de enorme omvang een gemetselde muur met een pronkfaçade. De iconostase wordt een leermiddel doordat horizontaal en verticaal een theologisch programma wordt ontwikkeld. Van boven naar beneden volgen de iconen de weg der openbaring:

1. De bovenste rij: de aartsvaders, in het midden God de Vader, de Drie-eenheid of Christus Verlosser. 2. Daaronder de rij met profeten, Moeder Gods Orante van het Teken (Znamenje). Deze twee bovenste rijen vormen samen het Oude Testament.
3. De Deësisrij en vele uitverkoren heiligen.
4. De hoofdfeesten van de orthodoxie. De derde en de vierde rij zijn soms verwisseld.
5. De onderste rij is de ‘rij der verering’: de drie deuren en de iconen die voor de betreffende kerk een belangrijke functie hebben. De gelovigen kunnen door de plaatsing van de iconen deze direct in hun gebed betrekken. Deze rij heet ook wel de lokale of plaatselijke rij.
In de iconostasewand zijn drie deuren, die toegang geven tot het altaar en twee nevenruimten. In het midden de koningsdeur waarachter het altaar en waarboeven de Pantokrator. In het noorden de deur naar de prothesis, waar de gaven van de eucharistie voorbereidt worden. In het zuiden de deur naar het diakonikon, waar de kledij en boeken liggen.