Het eiland Ierland wordt van oudsher onderverdeeld in vier provincies, namelijk Ulster, Munster, Leinster en Connacht. Deze provincies zijn opgedeeld in zogenaamde counties, vrij vertaald als graafschappen.
Gezien de grootte van de vier provincies in Ierland, onderscheiden de provincies zich door hun diversiteit. Ulster is de meeste noordelijke provincies en wordt met name gekenmerkt door de grote diversiteit aan culturen en bevolkingsgroepen die er in de geschiedenis hebben geleefd. De provincie staat zowel bekend om haar mooie natuur, alsmede belangrijke steden die er liggen, zoals Belfast. Rechtsonder Ulster ligt Leinster, de dichtstbevolkte provincie van Ierland. Dit heeft er voornamelijk mee te maken dat de hoofdstad van Ierland, Dublin, in Leinster ligt. De provincie staat bekend om de diversiteit van bouwstijlen, tevens een overblijfsel van de talrijke bevolkingen die het gebied in de geschiedenis hebben gekoloniseerd.
Aan de Noordelijke westkust van Ierland ligt de provincie Connacht. Ook hier kan men schitterende natuur vinden, met name langs te kust. In grote delen van Connacht wordt veel waarde gehecht aan oude Gaelic tradities en het behoud van de Gaelische taal vinden velen dan ook erg belangrijk. Onder Connacht ligt Munster, de vierde provincie van Ierland. Munster staat bekend om haar uitgesproken bevolking, met name in de counties Kerry en Cork. Daarnaast liggen de legendarische Cliffs of Moher in Munster, een van de meest bezochte toeristische plaatsen in Ierland en tevens de hoogste kliffen in heel Europa.
