Bordeaux wijnatlas en encyclopedie

Hubrecht Duijker (1997)

Gepubliceerd op 07-04-2017

Haut-Médoc

betekenis & definitie

De appellation Haut-Médoc neemt qua status een middenpositie in: erboven bevinden zich de ge-meentelijke wijngaarden met eigen appellations zoals St-Julien, eronder vind je de brede strook land die valt onder de nederiger AC Médoc. Het is geen uitzondering dat een wijngaard binnen de AC Haut-Médoc pal naast een duurdere buur ligt; zo scheidt slechts een onzichtbare gemeentegrens als door een administratief of historisch toeval de wijnstokken van Chateau La- grange, met zijn appellation St-Julien, van die van Chateau Camensac, ook een cru classé, maar een die de bescheiden appellation Haut-Médoc op zijn etiket heeft staan.

De Haut-Médoc begint bij de Jalle de Blanquefort, het smalle stroompje een paar kilometer ten noorden van de stad Bordeaux, dat ook de noordgrens van de appellation Graves markeert. Vanaf die lijn strekt de appellation zich 60 kilometer noordwaarts uit. Voorbij St-Estèphe stuit hij bij de Chenal de la Maréchale op zijn mindere broeder, het district dat voorheen bekend was als de Bas-Médoc, en dat nu de grote helft van de AC Médoc is. In het oosten wordt hij in eerste instantie begrensd door de Garonne en verder stroomafwaarts door het estuarium van de Gironde. (Niet alle grond op de oevers van de rivier valt onder de appellation Haut-Médoc; er zijn stukken die alleen recht hebben op de gewone AC Bordeaux; op andere mag helemaal geen wijn worden geproduceerd.) De Haut-Médoc loopt enkele kilometers door naar het westen, diep de beboste gebieden in, die ten noorden van Castelnau-du-Médoc aan weerszijden van de N215 liggen.

De grenzen van wingerd van de Haut-Médoc werden in 1935 wettelijk vastgelegd, waarmee het van de rest van de Médoc werd afgescheiden. Veel wijnen uit dit district genoten al grote bekendheid sinds eind 18e eeuw, toen het de Médoc commercieel voor de wind ging en het op de waterwegen een voortdurend af en aan varen was van vrachtverkeer. Tegenwoordig beslaat de AC Haut-Médoc enkele honderden chateaux. Sommige zijn nog steeds over de hele wereld beroemd en vele bieden een goed alternatief voor hun meer illustere verwanten die het geluk hebben in een van de zes belangrijkste gemeenten van deze appellation te liggen. Vijf van de chateaux die onder de classificatie van 1855 vielen, hebben de appellation Haut-Médoc. Het is interessant om de AC Haut-Médoc en het land dat eronder valt eens goed te bekijken om die (soms) dunne scheidslijn te begrijpen die deze wijnen belet een hogere status te bereiken.

De Gemeenten
Onder de appellation Haut-Médoc vallen in totaal 29 gemeenten, zij het dat de bekendste chateaux in de helft daarvan zijn geconcentreerd. Als je Bordeaux verlaat over de D2, passeer je eerst eindeloze buitenwijken, waaronder de drie meest zuidelijke gemeenten die Haut-Médoc mogen maken: Blanquefort, Parempuyre en Le Taillan. Op oude kaarten is nog te zien dat ze ooit rijkelijk beplant waren met wijnstokken: nu wordt het patroon gevormd door slingerende avenues met door tuinen omgeven villa’s (een nieuwe passie in Frankrijk) en strak geordende bedrijfsterreinen.

Een eindje verder langs de weg kom je langs Le Pian- Médoc aan de linkerhand en Ludon aan de rechterhand. Ludon kan bogen op één cru classé: de derde cru Chateau La Lagune, het eerste van het handjevol topchateaux dat niet in een van de grote appellations van Médoc ligt. Net boven Ludon, ten oosten van de D2 en op een steenworp afstand van de rivier, ligt de volgende vermeldenswaardige gemeente, Macau, met zijn vijfde cru Chateau Cantemerle.

Daarna valt er een gat, omdat de volgende vijf gemeenten recht hebben op de appellation Margaux (zie pagina 36). De reis door de Haut-Médoc kan worden hervat bij Avensan, ten westen van Margaux en even ten zuiden van de appellation Moulis-en-Médoc.

Daarna volgen Arcins, Lamarque, Cussac en - bijna direct ten westen van St-Julien — St-Laurent-Médoc elkaar snel op. In deze vier gemeenten liggen er ruim 30 Haut- Médoc-bezittingen die hoog worden aangeschreven. Hieronder bevinden zich de drie crus classes in St-Laurent: Cha- teaux Belgrave en Camensac, beide vijfde cru, en La Tour Carnet, een vierde cru.

De laatste topbezittingen liggen in vier andere gemeenten: ten westen van Pauillac en St-Estèphe liggen St- Saveur, Cissac en Vertheuil en daarna de meest noordelijke gemeente van de Haut-Médoc, St-Seurin-de-Cadourne, dat praktisch direct boven St-Estèphe ligt. Deze vier gemeenten hebben bij elkaar tussen de veertig en vijftig belangrijke Haut-Médoc bezittingen.

Classificatie en Terroir
Met uitzondering van de vijf geklasseerde crus van de Haut- Médoc zijn veel van deze wijnen ingedeeld bij de cnts bourgeois. Deze classificatie is gecompliceerd: er is twee keer een poging gedaan om de bourgeoisie van de Médoc te ordenen en te rangschikken. Beide keren was dat in de 20e eeuw, hoewel de term ten minste teruggaat tot 1853 en waarschijnlijk nog ouder is. In 1932 publiceerde een comité van courtiers een lijst waarop de status van 490 chateaux in de Médoc werd aangegeven. De lijst werd in de jaren ‘60 bijgewerkt, toen het net in het leven geroepen Syndicat des Crus Bourgeois een wat kortere versie uitgaf: in de 30 voorgaande jaren waren door oorlog en economische crises ruim 100 wijndomeinen verdwenen. De lijst van het Syndicat werd in 1978 nog eens gereviseerd, en de legitimiteit van de term is bevestigd door een decreet van de Franse regering uit 1972, dat voorzag in drie rangen binnen de classificatie: Cru Bourgeois Exceptionnel, Grand Bourgeois en Bourgeois zonder meer. De huidige EU- wetgeving staat de vermelding van een van deze niveaus op de etiketten niet toe. Dit ondanks het feit dat het Syndicat wel verschillende kwaliteitscriteria heeft vastgesteld. Een Grand Bourgeois moet zijn wijn in houten vaten laten rijpen en een Exceptionnel moet in een van de topgemeenten van de Médoc liggen (van Ludon in het zuiden tot St-Estèphe in het noorden). Om de verwarring te vergroten hebben niet alle nog bestaande crus bourgeois uit 1932 zich bij het Syndicat aangesloten. Sommige gebruiken echter nog steeds de term cru bourgeois op hun etiket. Er is ook een wachtlijst van chateaux die zich bij het Syndicat willen aansluiten, maar dat proces wordt vertraagd door de EU.

De reden van de lagere status van chateaux in de Haut'Médoc is in principe de bodemsoort. De raison d’être van de vier beste appellations van de Médoc zijn de kiezelkruinen die je er aantreft. De grote appellations Margaux, St'Julien, Pauillac en St-Estèphe liggen alle vier dicht bij de rivier waar deze afzetting het meest voorkomt. Dezelfde bodemsoort speelde een grote rol bij het instellen van de appellation Haut'Médoc, maar hoe goed de grond er ook is, hij werd niet goed genoeg bevonden voor een van de specifieke appellations. Een blik op de kaart leert ons dat de druivenstokken, zoals altijd in de Médoc, op hoger gelegen grond staan, weg van de vochtige, vlakke grond bij de rivier, de zijstroompjes van de jalles en de afwateringskanalen.

Productie en Wijnen
De totale productie Haut'Médoc komt van ongeveer 4000 hectare die gemiddeld twee miljoen kisten per jaar bedraagt - iets minder dan die van de appellation Médoc. Van de bijna 400 producenten is iets minder dan de helft lid van een van de vijf coöperaties.

Zoals bij alle appellations van de Médoc is de AC Haut'Médoc alleen van toepassing op rode wijn. De stijl van een Haut'Médoc laat zich moeilijker typeren dan die van wijn van andere appellations, dit omdat er zoveel verschik lende factoren in het spel zijn. De druiven kunnen van een redelijk licht bodemtype komen, zoals ten zuiden van Margaux, of van een zwaarder type dat je in het noordelijke deel vindt, tegen St-Estèphe aan. De voornaamste druivensoort kan cabernet sauvignon of merlot zijn, afhankelijk van de lokatie en de voorkeur van de wijnmaker evenals de mate waarin de wijn de invloed van rijping in nieuwe vaten vertoont. De crus classes buiten beschouwing gelaten, behoren deze wijnen tot de beste van de Médoc. Sommige bieden uitstekende waar voor hun geld omdat ze relatief goedkoop zijn. Andere, soms stevig van prijs, kunnen toch een goede koop zijn omdat ze qua kwaliteit vaak de crus classés benaderen - en de mindere daarvan soms zelfs voorbij streven. Het is ook de moeite waard ze in een goed en evenwichtig jaar in voorkoop aan te schaffen, wat een alternatief is voor de prijzige wijnen van hogere appellations. Een goede Haut'Médoc van een echt goed wijnjaar kan makkelijk tien of zelfs twintig jaar bewaard worden.