Voor Jean-Louis de Nogaret de La Valette, de eerste hertog van Epernon en gouverneur van Guyenne, was 1587 een memorabel jaar, want hij werd toen benoemd tot Admiraal van Frankrijk, trad in het huwelijk en verwierf als bruidsschat het château du Medoc. Dit kreeg daarna de naam Beychevelle, een verbastering van de Franse uitdrukking baisse voile (strijk het zeil), een bevel dat als eerbetoon aan de admiraal werd gegeven op schepen die langs het château voeren.
Het slot ging door vele handen voordat het in 1757 door de markies van Brassier geheel verbouwd werd in de somptueuze en tegelijk elegante stijl van die tijd. Nog steeds is Beychevelle een architectonisch juweel, rechtlijnig en harmonisch, met aan de voorzijde een eeuwenoude ceder en aan de achterkant een stijlvol park met standbeelden. Door de groep GMF (Garantie Mutuelle des Fonctionnaires) is sinds 1983 veel in Beychevelle geïnvesteerd; deze politiek werd voortgezet nadat GMF zich in 1989 had geassocieerd met het Japanse concern Suntory (waaruit Grands Millésimes de France ontstond, de huidige eigenaar). De hier vervaardigde wijn biedt vaak veel gebrand hout dat aanvankelijk pleegt te domineren (20 maanden rijping in 60% nieuwe vaten). Kwalitatief is deze Sint- Julien beslist niet onder de maat voor een 4me cru classé, hoewel hij qua finesse en concentratie zelden boven het gemiddelde komt. De wijn is elegant, met tegelijk meestal ferme tannines, gekonfijt, kersen- en besachtig fruit, soms wat paprika en vaak een hint van kruiden.
eig. GMF opp. 85 ha prod. 46.500 druiven B cs 60% MER 28% CF 8% PV 4% 2e wijn Amiral de Beychevelle overige wijn Brulières de Beychevelle (AC Haut-Médoc) ov. wijndomein(en) Château Beaumont (Haut-Médoc)
