Homo-erotisch woordenboek

Arendo Joustra (1988)

Gepubliceerd op 22-05-2017

nicht

betekenis & definitie

oorspronkelijk scheldwoord voor homo maar inmiddels een geuzennaam. Vaak gebruikt met bijvoegelijk naamwoord, zoals een bittere nicht, zie voorbeeldzin. ‘Ik probeer de kracht op te brengen om geen bittere nicht te worden’, zegt hij ernstig. ‘Dat zie je vaak: bittere nichten. Mannen die ooit heel mooi geweest zijn en het niet kunnen verwerken dat ze ouder worden, dat ze dat kwijt raken. Die worden vals, die gaan pesten.’ (Haagse Post, 6.12.1986:26). Ook Tweede Jan van der Heydenstraat nicht, enigszins burgerlijke nicht.

Rangen en standen bestaan niet in het DOK, althans niet gerelateerd aan maatschappelijke posities, al spreken de ‘artistiekelingen’ met een zekere minachting over de Tweede Jan van der Heydenstraat nichten. (De Groene Amsterdammer, 25.6.1986).

In de uitdrukking een nicht als een paard, homo die zich zeer nichterig gedraagt. Ook nicht als een huis. Lideke hield haar vrouwelijkheid voor mij geopend en ik kon even niet anders dan er verbijsterd naar kijken. Daarna gaf ik een vreselijke gil die Polly en Sirius de gang op deed komen. Die schrokken er niet van en bestudeerden zeer geïnteresseerd Lideke's kut; Sirius - toch een nicht als een huis - stak er bijna zijn neus in. (Büch, 1986).

Reeds aan het begin van de achttiende eeuw bestond het begrip nigt, dat door sodomieten zelf werd gebruikt als codewoord. Het Hof van Friesland raakte tijdens de processen van 1730-1731 geïntrigeerd door het gebruik van de term ‘nicht’ in homoseksuele kringen, evenals trouwens door naamgevingen als slappe Lijsbet, nigt Petronella, Johanna nigt, vrouw Ladippe. De Friese raadsheren vonden het zelfs nodig in een brief, van 15 december 1730, aan het stadsgerecht van Groningen de toepassing van het woord ‘nichten’ uit te leggen: ‘wordende door 't woord nigten (...) verstaen soodanige personen welke onder haer (sodomitisch) geselschap behoorden en met malcanderen de bekende vuijligheden kwamen bedrijven’. (Spiegel Historiael, november 1982:549).

Rodgers (1979) vermeldt nicht als jargonwoord van Amerikaanse homo's, met als betekenis: iemand die een homo overal vergezelt behalve in bed. Ook een flinke nicht, een geile nicht, een halve nicht, een lieve nicht, een onbetrouwbare nicht, een stiekeme nicht (homo die daar niet openlijk voor uitkomt), een valse nicht, waarvan Mol (1984) vermoedt dat die in de plaats is gekomen van ‘valse zuster’; daarvoor was het begrip ‘valse vrucht’ gangbaar, en een verknipte nicht. Ook in samenstellingen als boetieknicht (Flikkeragenda, 1980:10), nichtenbar, nichtenfilm, nichtenkit, nichtenleven, nichtenpaar, nichtenpubliek, nichtensauna, nichtenstrand, nichtentent, nichtenvolkje.