Gepubliceerd op 05-05-2017

Etnische ondernemers

betekenis & definitie

In het algemene spraakgebruik worden met ‘etnische ondernemers’ alleen de etnische ondernemers uit minderheidsgroepen bedoeld. U had dat waarschijnlijk al zo gelezen. Van alle ondernemers in Nederland is acht procent allochtoon, 5,5% westers en 2,5% van niet-westerse herkomst. In de grote steden is 15 – 20% van alle ondernemers allochtoon; Turkse en Hindostaanse ondernemers zijn het meest vertegenwoordigd. ‘Etnische’ ondernemers zijn vooral actief in de horeca, handel en reparatie en in de zakelijke dienstverlening.

De eerste generatie etnische ondernemers deed het slecht, de helft was al na twee jaar failliet. De eerste generatie richtte zich, bijv. in een kruidenierzaak teveel op de eigen etnische groep. Volgende generaties richten zich op een brede klantenkring, ook op de veel grotere groep autochtone klanten. Dat bood meer kans van slagen. Voor de eerste generaties was het bovendien moeilijk om zakelijk te zijn tegen vrienden en bekenden. Die kochten suiker, meel en andere goederen op de pof . De winkelier vond vaak dat hij hen niet onder druk kon zetten om te betalen. De eerste generatie was bovendien niet gewend om een zorgvuldige administratie bij te houden. Met de bedrijven van de tweede generatie lukt het veel beter.