Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Gepubliceerd op 14-03-2019

Obligatie-leening

betekenis & definitie

Obligatie-leening - een geldleening, aangegaan door een maatschappij, een staat of gemeente enz. die daarvan schuldbekentenissen op naam of aan toonder, ieder van een gelijk bedrag, heeft afgegeven, en die daarmede tevens de verplichting op zich heeft genomen, de vastgestelde rente, op de coupons aangegeven, op de bepaalde datums, uit te betalen.

— rek. voorkomende in de boekhouding van naaml. vennootschappen, wordt gecrediteerd voor het (nominaal) bedrag der uitgegeven obligaties, en gedebiteerd voor de nominale waarde der uitgelote of aflosbaargestelde obligaties. Is een rek. van schuld. Ter onderscheiding bezigt men wel voor iedere obligatielening een afzonderlijke rekening, waarvan de naam duidelijk aangeeft, voor welke leening de rekening is aangelegd, bv. 4 pCt. Oblig.-leening 1907; 31/2 % Oblig.-leening 1908 enz.

— J. Hagers Koopmansboekhouden, Deel III. f 2.—.