Beroepsrenner die bijv. aan de Tour de France deelnam zonder tot een nationale ploeg te behoren; wielertoerist die aan wedstrijden voor profs mocht meedoen; renner zonder merk- of sponsorsteun. In tegenstelling tot de fabrieksrijder werd deze renner dus niet gesoigneerd. In het Franse jargon: isolé. Zie ook: afzonderlijke en verzorgde.
Sukkelaar, je hebt geen merk of ga je bij de onverzorgden starten? (Jan Cornand: Gouden Lucien Buysse. 1976)
Enkele jaren voordien, in 1913, voerde Henri van Lerberghe het Tourklassement van de ‘onverzorgden’ aan. (Manu Adriaens: De Muur van Geraardsbergen. De helden van het peloton. 1996)
