Aan de kop van het peloton rijden om de trein te leiden. Deze uitdrukking, die in Vlaanderen ook buiten wielerkringen wordt aangetroffen (in de meer algemene betekenis van op de voorgrond treden), is in feite een gallicisme (naar het Franse ‘mettre le nez a la fenêtre’). In de sporttaal kan men deze zegswijze zowel in het noorden als in het zuiden aantreffen.
Garrigou won een rit, Faber stak de neus nog eens aan ‘t venster en zo werd dan Longwy-Duinkerke bereikt. (Achiel Van Den Broeck: De geschiedenis van de Ronde van Frankrijk. 1949)
Een ronde later was alles te herdoen en stak Jan De Prins even de neus aan het venster in het gezelschap van David Windels en dit keer ging de achterstand tot maximum 25 seconden. (De Standaard, 22/07/1986)