Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

Gepubliceerd op 25-05-2017

intralipid

betekenis & definitie

Betrekkelijk onschuldig medicijn, gebaseerd op lecithine dat dient om het gehalte van de vetzuren en fosfor op peil te houden; volgens de een een voedingssupplement, volgens de ander een maskeermiddel. Tijdens de Tour van 1991 verliet de hele PDM-ploeg halverwege de wedstrijd, zogenaamd vanwege een voedselvergiftiging door bedorven kip. Later bleek het om bedorven intralipid te gaan. ‘Doping’ schreef de Franse sportkrant L’Equipe. Volgens Erik Breukink ging het echter om een onschuldig recuperatieproduct. Het mocht niet baten, PDM werd spottend verbasterd tot ‘Positief door Manipuleren’.

Uit de gegevens van Wim Sanders, de ploegarts van PDM, bleek dat de coureurs het, niet verboden, middel Intralipid kregen toegediend. Intralipid is een medicament, gebaseerd op lecithine dat dient om het gehalte van de vetzuren en fosfor op peil te houden. De Tour-directie beschouwt de affaire op grond van de beschikbaar gestelde gegevens als afgesloten. (NRC Handelsblad, 03/08/1991)

‘Intralipid is gewoon een hele goede stof. Het heeft niets met doping te maken, het is puur een voedingssupplement. Maar als je zoiets gebruikt, moet je natuurlijk wel weten hoe je er mee om moet gaan. Er moet bovendien een medische indicatie voor zijn.’ (Trouw, 14/07/1993)