Het peloton. Syn.: bende; meute; pak. Frans: le paquet.
Terwijl Jaap Kersten met een juichend gevoel deel uitmaakte van een kwalitatief en kwantitatief sterke kopgroep van vijftien renners - zij bouwden een voorsprong van ruim tien minuten op het peloton op - vocht Leo van der Pluym volkomen leeggereden en gedeprimeerd ver achter de hoofdmacht om het behoud van zijn plaats in Goddets legioen. (Leeuwarder Courant, 01/07/1957)
Tien kilometer voor de finish in Steenwijk sprong hij uit de hoofdmacht weg. (Wim Amels: Klassiekerkoning Jan Raas. 1984)