Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

Gepubliceerd op 25-05-2017

hengsten

betekenis & definitie

Keihard doorfietsen. ‘Op kop hengsten’: lange tijd hard voorop fietsen en daardoor proberen tegenstanders van zich af te schudden. Syn.: kachelen; vlammen.

De laatste die de harten van deze wielernatie nog even heeft beroerd was ene Patrick Tolhoek uit Yerseke. In de Tour ’89 lag de frêle Zeeuw dag na dag voor het peloton uit te hengsten. (NRC Handelsblad, 18/06/1993)

Ook al verdwijnen de diepste putten, Parijs-Roubaix zal een onweerstaanbaar anachronisme blijven in de topsport van de 21ste eeuw. Moderne atleten die voortzwoegen over eeuwenoude karrensporen. Ze martelen zichzelf op grond vol historische littekens. Ze tieren op die vervloekte stenen en genieten tegelijkertijd van de rauwe schoonheid. Ze hengsten en beuken op de pedalen die door de trillingen spontaan afbreken. (Trouw, 11/04/2003)