Goed kunnen sprinten.
Op de fiets kan ik inderdaad goed aankomen. Schaatsen is meer een explosieve sport. Daar heb je een groot verschil tussen stayers en sprinters. (NRC Handelsblad, 18/08/1997)
Van Bon kan, zoals dat in jargon heet, ‘goed aankomen’. Maar hij voelde zich niet zeker in de laatste kilometers. (Leeuwarder Courant, 07/07/2000)