Gepubliceerd op 26-09-2017

Wagenrennen in Rome

betekenis & definitie

Wagenrennen in Rome - Ook in Rome waren de wagenrennen reeds zeer vroeg bekend, waarschijnlijk al in de Koningstijd. Ze werden gehouden met vierspannen (quadrigae) en vervolgens ook met tweespannen (bigae) op de plaats waar later het Circus Maximus werd aangelegd. De oorsprong hiervan moet aan de Etrurii toegeschreven worden hoewel in latere tijd de Griekse invloed zich heeft laten gelden.

Eerst werd het terrein in orde gebracht zonder vaste bouwmiddelen tussen Palatinus en Aventinus voor het feest van de Consualia op 21 augustus, ter ere van Consus. Later werd een vaste onderbouw voor zitplaatsen en stallen voor de paarden aangebracht (waarschijnlijk in de 4e eeuw v.C.; zie Circus Maximus). In 220 v.C. bouwde de censor C. Flaminius een naar hem genoemd circus op het Campus Martius. De renwagens, die in Rome werden gebruikt, waren ongeveer van hetzelfde model als de Griekse, alleen was de voorzijde hoger. De rennen zelf hadden plaats tussen vier wagens, toebehorend aan particuliere eigenaars. In de Keizertijd zorgden groeperingen of clubs, eigenaars van de stallen, voor de bij het publiek meest geliefde ontspanning, die vaak omsloeg in harde twist en gevechten. De supporters waren verdeeld volgens de kleuren van de menners: blauw, groen, wit en rood. Keizer Domitianus had er twee gouden, aldus voerde hij het aantal mededingers op tot zes. Doch deze laatste twee verdwenen weer met de keizer.

De wagenmenners, die over het algemeen uit vreemde streken afkomstig waren of tot de laagste bevolkingsklassen behoorden, verdienden in Rome schatten, vooral in de Keizertijd, wanneer b.v. de regerende keizer een hevige supporter van een club was. Zie Ludi circenses, Circus Maximus.