Gepubliceerd op 07-09-2017

Boulè

betekenis & definitie

Boulè - Raadslichaam in verschillende Griekse staten, door de koning samengesteld, om hem in bijzondere gevallen te adviseren. Toen naderhand aan het koningschap een einde werd gemaakt, kon dit lichaam op het politieke vlak de weg van de oligarchie opgaan, omdat de adellijke leden hun bevoegdheid niet met het volk wilden delen. Voor Athene echter was de Boulè een noodwendigheid, ook toen Solon en later Kleisthenes van de staat een democratie wilden maken. Het volk had bij de uitoefening van zijn macht een helper nodig, die de lopende zaken afhandelde en belangrijke beslissingen voorbereidde. Die hulp was de Boulè. De Boulè bestond sedert Solon uit 400 leden, 100 uit elk van de vier stamphylen gekozen voor de ambtsduur van één jaar (en niet meer op grond van erfecht voor lange tijd of voor het leven). Deze Boulè, niet meer noodzakelijk uit de rijksten samengesteld, moest de vergaderingen van het volk voorbereiden, want het politieke leven was meteen bevrijd van de voogdij van de Areopaag. Met de hervorming van Kleisthenes in 508 v.C. werd het ledental van 400 op 500 gebracht, pro rato van 50 per nieuwe phyle.

Om tot de Boulè toegelaten te worden moesten de kandidaten 30 jaar oud zijn en het volle burgerrecht, de epitimia, bezitten. Eerst met Perikles verdween de derde voorwaarde, nl. lid zijn van een van de hoogste drie klassen; en toen nog een zitpenning werd uitbetaald, viel ook voor de armen het laatste bezwaar weg (mistos bouleutikos). Er werd slechts bepaald dat niemand méér dan tweemaal lid van de Boulè mocht zijn en nooit gedurende twee opeenvolgende jaren.

In de praktijk bleven er evenwel nog moeilijkheden. De Boulè vergaderde bijna dagelijks uitgezonderd op de feestdagen, hetgeen neerkwam op ongeveer 300 dagen. Niet iedereen kon zo lang van zijn beroepsbezigheid afwezig zijn, daarbij waren de wegen slecht en was de verplaatsing moeilijk. Toch gebeurde de verdeling van de zetels op gelijkmatige wijze over de hele bevolking van de verscheidene phylen. In elke phyle kregen de demen zetels toegewezen in verhouding tot het aantal inwoners. Dus was de Boulè het evenbeeld van Attika.

Het lot duidde de leden van de Boulè aan samen met een plaatsvervanger, met het oog op de dokimasia. Om de taken vlotter en efficiënter te kunnen uitvoeren, was de Boulè verdeeld in tien vaste commissies, in functie gedurende één tiende van het ambtsjaar (zie Prytanis). Deze prytanen vergaderden in de Tholos, de raadsleden in het Bouleuterion.

Bevoegdheid van de Boulè

- Politiek De Boulè was dienaar en medewerker van het volk. Hij stelde de decreten op, waarover het volk zou stemmen. Na aanvaarding zorgde hij voor de uitvoering ervan, tenzij deze aan een bijzondere magistraat toekwam. De Boulè ontving alle mededelingen en rapporten van ambtenaren, vooral van de strategen. Vreemde gezantschappen werden ontvangen en hun verschijnen voor de ekklesia of volksvergadering voorbereid.
- Administratief De Boulè oefende toezicht uit op alle activiteiten van ambtenaren, vooral die van het financiewezen en de krijgsmacht, de poletai, de apodektai, de tamiai. Daartoe werd een speciale commissie van tien leden, de logistai, gedurende de laatste dagen van elke prytaneia aangesteld. Zie Euthuna.

De Boulè had ook bijzondere verplichtingen in verband met de vloot, de zorg voor de schepen, de haveninstallaties, de bouw van nieuwe schepen, die volgens een volksdecreet jaarlijks van stapel moesten lopen. Ook hiervoor werd uit de bouleuten, de leden van de Boulè, een speciale commissie van tien leden, de trieropoioi, gekozen. Onder de bevoegdheid van de Boulè viel ook de jaarlijkse inspectie van de ruiterij, de paarden en de ruiters.

De Boulè had ook het toezicht op de openbare werken, de keuze van de plannen, toezicht op de openbare gebouwen, de wegen, de uitvoering van de opdrachten door de ondernemers.

- Rechterlijk De Boulè leidde de dokimasia van de raadsleden en archonten voor het volgende ambtsjaar. Aanvankelijk werd ook de euthuna door de Boulè geregeld en moest hij hierin vonnis vellen, doch de rechterlijke bevoegdheid werd geleidelijk door de heliaia, de volksrechtbank, opgeslorpt, na 501 v.C. Daarbij had de Boulè een zekere bevoegdheid in zaken, die voor de ekklesia moesten komen (zie Eisangelia), b.v. verraad, oproer, aanslag tegen de veiligheid van de staat.
- Financieel Naast het toezicht op de ambtenaren, die staatsgelden verhandelden, moest de Boulè nog zorgen voor het verhuren van staatseigendommen, de ontvangsten van de pachtgelden, de leningen uit tempelschatten, de tussenkomst bij het overhandigen van de kassen na het einde van het ambtsjaar van financiële ambtenaars en schatmeesters. In de 5e eeuw v.C. kwam daar nog bij de controle op de ontvangst van de phoros door de hellenotamiai.
- Religieus De Boulè had als zodanig de zorg voor sommige staatserediensten en openbare offers. Hiervoor werd onder de leden een college van tien hiëropoioi gekozen. De prytanen offerden voor het welzijn van de staat bij het begin en het einde van het ambtsjaar, droegen de offers op alvorens de volksvergadering begon en offerden eveneens aan Apollo en Artemis.

De Boulè was de hoeksteen van de democratie, nochtans oefende hij geen dominerende macht over de staat uit, wat op grond van de uitgebreide bevoegdheid wel had kunnen gebeuren. Doch de jaarlijkse vervanging van de leden verhinderde een te verregaande samenhorigheid en de vorming van een egoïstische machtsgroep.

De goede afwikkeling van de zaken in democratische geest en de continuïteit van de te presteren opdrachten werden bevorderd door een aantal vaste secretarissen en klerken, de grammateis. Zij kenden het routinewerk en droegen bij tot het normale verloop van de machtsoverdracht, de bewaring van het volledige staatsarchief enz.