(bw) 1 (matchplay, strokeplay) - voor staan in slagen of holes: zij heeft met drie holes up gewonnen, zij heeft met drie holes voor gewonnen; hij staat twee holes up, hij staat twee holes voor.
Herkomst: Eng. (met voorsprong)
2 - (bij het putten) minstens zo ver komend als de hole: (Eng.) never up, never in, is de bal bij het putten niet minstens met genoeg kracht geslagen dat hij tot aan of voorbij de hole komt, dan kan kan hij nooit in de hole vallen, of: een te kort geslagen putt kan niet in de hole vallen Herkomst: Eng. (naar, tot aan) 3 - op de green (geslagen): (Eng.) up and down, met de volgende slag, bv. vanuit een bunker, op de green komen (- up) en met de daarop volgende putt uitholen (= down).
→ down