Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

Gepubliceerd op 26-07-2017

quickhook

betekenis & definitie

(de; -s)-(rechtshandige speler) slag waarbij de met zijspin geslagen bal rechts van het doel start en, meestal onbedoeld, snel(ler dan een hook) met een sterke boog naar links afbuigt; voor een linkshandige speler geldt het omgekeerde.

Herkomst: Eng. quick(vlug, snel) + hook

→ hook, duckhook, snaphook, snipe