Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Utrechts Schisma

betekenis & definitie

(1423-50), schisma in het bisdom Utrecht, ontstaan na de keuze (9.11.1423) van → Rudolf van Diepholt tot bisschop. Rudolfs keuze was een zaak van de Lichtenbergers: andere kandidaten waren o.a. → Walraven van MeursZweder van Kuilenburg en Rhabanus van Helmstadt.

De paus benoemde 7.6.1424 Rhabanus. Rudolf ging tegen deze beslissing in beroep; werd 10.10.1424 gehuldigd door Overijssel. Nadat Rhabanus zich teruggetrokken had, benoemde de paus 6.2.1425 Zweder. waardoor strijd tussen Rudolf en Zweder ontstond. Nadat 1427 een deel van de kanunniken eveneens partij voor Rudolf had gekozen benoemde de paus 16.10 1433 Rudolf. Het Concilie van Bazel erkende na de dood van Zweder (21 22.9.1433) Walraven van Meurs (1435). Rudolf bleef echter meester in het bisdom en werd 1448 tot kardinaal benoemd.

Door bemiddeling van de legaat Nicolaas van Cusa kwam het tot een schikking tussen Rudolf en Walraven (1448). De laatste deed 5.7.1450 afstand en werd bisschop van Munster, waarmee het schisma geëindigd was.Litt. J.de Hullu, Bijdrage tot de gesch. van het Utrechtsche Schisma (1892); R.R.Post. Gesch. der Utrechtse bisschopsverkiezingen tot 1535 (1933); H.van Gelderen. Godsdienstige gevolgen van het Utrechtse schisma en de houding van de bevolking (in; Jb. Oud-Utrecht 1980).