Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Noord-Brabant

betekenis & definitie

Ned. provincie. Uit de Steentijden zijn in Noord-Brabant vele vondsten gedaan, evenals uit de bronstijd en de periode der Urnenvelden.

Tijdens de Romeinse heerschappij (ca.50 v.C—400 n.C.) waren van Noord-Brabant alleen bewoond de hogere delen, gelijk uit losse steenvondsten en bronzen voorwerpen blijkt. Rom. nederzettingen waren er zeer weinig daar het gebied zwaar bebost was en ten dele moerassig. Evenmin liepen hier grote wegen. De belangrijkste Rom. plaats was Ceuclum of Ceudiacum (Cuyk). Het landschap werd vnl. bewoond door de Toxandriërs. In de 8e eeuw werd Noord-Brabant ingenomen door het graafschap → Toxandria. dat in de 11e eeuw uiteenviel in verschillende stukken, die geleidelijk deels in het bezit kwamen van het graafschap Leuven, het latere hertogdom Brabant, maar deels ook een zekere zelfstandigheid behielden (b.v.

Cuyk. Zevenbergen. Bergen op Zoom, Breda enz.). In 1430 maakte Noord-Brabant deel uit van de Bourgondische staat. Van 1488—92 maakte ook Cuyk deel uit van Brabant. Zevenbergen, bezit van het huis Oranje, het Land van Altena, bezit van het huis Hoorne, behoorden bij Holland.

Tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1629 vlg.) werd Noord-Brabant grotendeels veroverd door de Staatsen (o.a. 's-Hertogenbosch, Breda, Helmond) terwijl Bergen op Zoom steeds staats bezit is geweest. Bij de Vrede van Munster (1648) werd Noord-Brabant het generaliteitsland → Staats-Brabant (→ Generaliteitslanden). Megen en Boxmeer waren onafhankelijke graafschappen; Ravestein een heerlijkheid; Gemert een kommanderij. Klundert, Geertruidenberg en het Land van Altena behoorden bij Holland. In 1795 werd het generaliteitsland gemaakt tot een gewest Bataafs Brabant. In 1798 behoorde Noord-Brabant tot het Dep. van de Dommel en een deel tot het dep. van de Schelde en de Maas.

Megen, Ravestein, Gemert en Boxmeer vielen er buiten en behoorden tot Frankrijk. In 1801 werd het het dep. Brabant, dat in 1810 opgelost werd in het dep. Bouches du Rhin ('s-Hertogenbosch als hoofdstad) en werd het deel ten westen van de Donge toegevoegd aan het (Belg.) Dép. des deux Nethes. In 1813 werd het deel van de provincie Brabant (waaraan werd toegevoegd een deel van Zuid-Holland); in 1815 Noord-Brabant (naast Zuid-Brabant) en na de afscheiding van België (1830) de tegenwoordige provincie Noord-Brabant.Litt. A.R.M.Mommers. Brabant van generaliteitsland tot gewest (1953); L.Louwe Kooijmans en P.Stuart, Prehistorie en vroegste gesch. van ons land (1969); S.J.de Laet. Prehistorische kuituren in het zuiden der Lage Landen (1974); E.R.M.Hoffman, Noord-Brabant en de opstand van 1830 (1974); G.J.Verwers (red.), Noord-Brabant in pre- en protohistorie (1975); A.C.M.Kappelhof. Literatuurgids voor de Noordbrabantse geschiedenis (1978).