Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Johanna

betekenis & definitie

hertogin van Brabant en Limburg (1355—1406), *24.6.1322 Brussel, ✝ 12.1406; dochter van graaf Jan m van Brabant. Zij huwde 1336 met de latere Willem II (IV) van Henegouwen-Holland, vervolgens 1354 met Wenceslaus van Luxemburg.

Bij hun machtsaanvaarding moesten zij de → Blijde Inkomst verlenen. Johanna's zwager, graaf Lodewijk van Male van Vlaanderen, beroofde haar van Mechelen en Antwerpen (1356—57). Zij kreeg ook te maken met volksopstanden in Brussel en Leuven (→ P. Coutereel). Moest na de dood van haar man (1383) een lange strijd tegen Gelre voeren (1384-99). waarin zij de hulp verkreeg van de Bourgondische hertog Filips de Stoute, echtgenoot van haar nicht → Margaretha van Male. gravin van Vlaanderen. Johanna, die kinderloos bleef, stond 1396 aan Margaretha Limburg en 1399 Brabant af, waarvan zij alleen het vruchtgebruik behield. Voor Filips' tweede zoon, → Anton van Bourgondië, abdiceerde zij 1404; hij volgde haar 1404 in Limburg en 1406 in Brabant op.Litt. H.Laurent. F. Quicke, L'accession de la maison de Bourgogne aux duchés de Brabant et de Limburg I (1939).