Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Doleantie

betekenis & definitie

[<Lat. dolere, smart lijden], de kerkelijke beweging die 1886 onder leiding van A.→ Kuyper verzet aantekende tegen de synodale inrichting der Ned. Hervormde Kerk en de daar heersende belijdenisvrijheid.

Kuyper had onenigheid met de Synode over het beheer van de goederen der Nieuwe Kerk te Amsterdam. Nadat het classicaal bestuur 80 kerkcraadsleden (onder wie Kuyper) geschorst had, trachtte deze groep door het uitzagen van een paneel van de Nieuwe Kerk zich in het bezit van de goederen der gemeente te stellen (4.1.1886, de paneelzagerij). Toen dit mislukte kwam het tot een scheuring en stichtten de ‘dolerenden’ de Ned. Gereformeerde Kerk op calvinistische grondslag. In 1892 sloot een deel van de → Afscheiding zich bij hen aan (→ Gereformeerde kerken).Litt. J.C.van der Does. De doleantie in haar wording en beginperiode (1936); W.J.de Wilde, Gesch. van afscheiding en doleantie (z.j.); W.Volger, Om de vrijheid van de kerk (1953).