Ned. gemeente in de prov. Utrecht, in de Vechtstreek.
Reeds in 838 als nederzetting genoemd; in 1216 onder de naam Broklede bekend [brok = broek, moeras; lede = waterloop]. Door een schenking aan de kerk van Sint-Pieter te Utrecht heet het deel ten oosten van de Vecht Breukelen-Sint-Pieters. Door de stichting van het kasteel → Nijenrode heet het deel ten westen van die rivier Breukelen-Nijenrode. In 1488 werd het dorp verwoest; in het rampjaar 1672 werd het zwaar gehavend door de Franse troepen, aangevoerd door Condé. Amsterdamse kooplieden bouwden er hun buitenverblijven.