(Sneek 1907-Olterterp), noemt zich naar het Fries voor Gerrit „Kai”, deskundige boerderijenbouw, voorzitter Friese Maatschappij van Landbouw 19611973; na studie te Wageningen rijksambtenaar (1940-1960, van 1947-1960 rijkslandbouwconsulent voor boerderijbouw, keerde zich tegen asbestcement voor dakbedekking); s. 1960 landbouwer te Kimswerd op bedrijf van moederszijde dat hij reeds in 1952 in gebruik nam; vanaf 1971 dijkgraaf (waterschap Vijf Deelen Zeedijken Buitendijks), voorzitter Praktijkschool voor Veehouderij en Weidebedrijf te Oenkerk (1961-1974), voorzitter Frisiana 1963. Nam in 1960 ontslag uit rijksfunctie; als voorz.
Friese Mij had hij grote invloed op het Friese Structuurplan voor de landbouw dat de drie standsorganisaties gezamenlijk uitbrachten en waarin gepleit werd voor schaalvergroting in de Friese landbouw (1970).Werk: De nieuwe Friese boerderij (ook in Friese vert, 1947); Doelmatige Friese boerderijen (1961) en vele art.