geb. 8 Junij 1756 te Lyk in Oost-Pruisen, had eerst het ongeluk gedeeltelijk lam, en na te Koningsbergen volbragte studie blind te worden, wijdde zich desniettemin aan het vak der letterkunde, werd 1816 directeur van het blinden-instituut te Koningsbergen, en stierf 27 Mrt. 1823. Zijne tooneelspelen en romans zijn allen vergeten; maar blijvende waarde heeft zijne Geschichte Preussens (6 dln., Koningsbergen 1792—1800) en menig ander historisch werk van zijne hand.
Zijne Geschichte meines Lebens (3 dln., Koningsb. 1821) gaf zijn zoon in het licht. '