Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Jean le rond d’alembert

betekenis & definitie

een der fransche encyclopedisten, geb. te Parijs 16 Nov. 1717, werd te vondeling gelegd op de trappen eener kerk de Rond" geheeten, die sedert lang niet meer bestaat. Daar gevonden, werd hij door een commissaris van policie besteed bij de vrouw van een glazenmakersknecht, Rousseau genaamd.

Later nam hij bij zijnen vondelingsnaam dien van d’Alembert aan. Reeds vroeg onderscheidde D'A. zich als mathematicus, werd reeds 1741 lid derakademie van wetenschappen te Parijs, 1746 ook van die te Berlijn; hij stond hoog in eere bij Frederik den Groote, die hem eene vaste jaarwedde schonk. Nadat hij zijnen naam beroemd gemaakt had, werd hij bekend met zijne ouders: zijn vader was Destouches, commissaris van het wapen der artillerie; zijne moeder mevrouw de Tencin. Doch D’A. voelde weinig genegenheid voor de groote dame, die hem als zuigeling aan zijn lot overgelaten had, en hij bleef daarentegen zeer gehecht aan zijne pleegmoeder, vrouw Rousseau. Hij leefde in zeer vertrouwelijken omgang met mademoiselle de L’Espinasse (zie L’ESPINASSE), en stierf te Parijs 29 Oct. 1783. Behalve eene menigte geschriften over mathesis en physica leverde D’A. ook de mathem. en philosophische artikelen voor de groote Encyclopedie, welke hij met Diderot in het licht gaf. Zijne gemengde geschriften zijn bijeengebragt in de Oeuvres philosophiques, historiques et littéraire! (18 dln. Parijs 1805; 5 dln. 1821).

< >