1) zoon van Simeon en stamvader der Jaminielen; Gen. 46: 10; Exod. 6: 14; Niiin. 26: 12; I Chr. 4 : 24.
2) een uit stam Juda; I Chr. 2: 27.
3) leviet ten tijde van Ezra; Neh. 8: 8.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: