reiziger, geb. te Glückstadt uit hollandsche ouders omstr. het midden der 17e eeuw, genoot bij zijn verblijf hier te lande de bescherming en vriendschap van den amsterdamschen burgemeester H. Witsen, was 1691 staatsraad in russische dienst, en stond aan het hoofd van het groote gezantschap (12 Duitschersen 9 Russen), dat door tsaar Peter I naar Peking werd gezonden.
Op de door Nicolaas Witsen van NoordRusland vervaardigde kaart afgaande (die als zeer nauwkeurig door bem geroemd wordt) toog hij door Siberië en Mongolië naar China, en werd na zijnen terugkeer in Rusland direeteur-generaal van den scheepsbouw aldaar. Reeds in 1699 verscheen te Amsterdam in het licht een Dagregister van zijne gezantschapsreis, hetwelk een geheel vormt met de 1710 op kosten van zijnen vriend H. Witsen te Amsterdam in 't licht gegevene beschrijving in kwarto, getiteld: Driejarige Reize naar China, door den Moskovischen afgezant E. IJsbrandz. Ides, welk belangrijk werk ook in 't Engelsch vertaald is.