naam van een tegenpaus, die in 1124 verkoren werd, doch slechts 24 uren den pauselijken Stoel bekleedde, en toen de plaats ruimde voor Honorius II. Wijders de volgende pausen:
I, de heilige, 422—432, deed de leerstellingen van Nestorius veroordeelen (concilie Rome 430),en zond missionarissen naar Ierland; gedenkdag 6 April.
II, een Franschman van geboorte, met name Gui du Chastel, volgde Innocentius ïï op 26 Sept. 1143, en stierf het jaar daaraanvolgend 3 Maart.
III, 1191— 1198, eerst bekend onder den naam van kardinaal Hyacinthus, werd verkoren toen hij 85 jaren telde. Hij zalfde keizer Hendrik VI met keizerin Constantia; gaf Sicilië aan Frederik, den zoon van Hendrik, onder beding dat hij aan den H. Stoel schatting zou opbrengen; deed kruistogten prediken, spoorde de vorsten aanhoudend daartoe aan, en was een groot ijveraar voor de belangen der Kerk.
IV, Godofredo van Castiglione, stierf den 22 September, 18 dagen nadat hij verkoren was (1241).
V, de heilige, genaamd Petrus van Moron, geb. in Apnlië, werd tot paus verkoren 1294. Vóór zijne verkiezing was hij in de orde der Benedictijnen gegaan, en had eene nieuwe orde gesticht, die naar hem genoemd werd (zie CELESTIJNEN). Hij leefde in de strengste godsvrucht, eenzaam in eene cel, toen men hem de tiara kwam brengen. Geheel en al vreemd aan alle wereldsche zaken, voelde hij al vSpoedig zelf, dat hij niet voor de hoogste kerkelijke waardigheid berekend was, en legde die vijf maanden later neder. Bonifacius VIII, zijn opvolger, hield hem gevangen op het kasteel Fumone in Campanié, waar C. twee jaren later stierf. Door Cleraens V werd C. heilig verklaard; gedenkdag 19 Mei.
