Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Carolina (landschap)

betekenis & definitie

landschap in het oostelijk gedeelte der Vereenigde Staten van N.-Amerika, aan den Atl. Oceaan, tusschen Virginië en Georgië, splitst zich in twee gedeelten, die elk afzonderlijk een van de staten der Unie uitmaken, namelijk:

Noord-C., bevolking 992,000 zielen, met de hoofdstad Raleigh, en

Zuid-C., bevolking 704,000 zielen, hoofdstad Columbia, voornaamste stad Charleston.

Doch beide deze staten hebben zich sedert de uitbarsting van den burgeroorlog (1860) van de Unie losgescheurd.

In 1512 ontdekt door de Spanjaarden onder Ponce de Leon, bleef C., in weerwil van verscheidene spaansche fransche en engelsche pogingen ter colonisatie, eigentiijk zoo goed als buiten europeschen invloed tot 1663. In 1562 was Jean de Ribault door Frankrijk's koning Karel IX derwaarts gezonden, had er eene nederzetting gevestigd, en het land ter eere van zijnen vorst Carolina genoemd; doch reeds in 1565 werd zijne kolonie door de Spanjaarden overvallen en uitgemoord. Eenigen tijd later kwam Dominique de Gourgues met drie schepen de vermoorde Franschen wreken ; doch hij deed niets om de kolonie weder op te beuren. In 1660 gaf Karel II van Engeland het land formeel in leen aan acht zijner onderdanen; en sedert de daarop gevolgde vestiging der Engelschen inC. (1663) begon de kolonie weldra te bloeijen. Later werd het leen ingetrokken, en het gouvernement nam het bestuur over C. zelf in handen, splitste het land in twee prov. (Noord-C. en Zuid-C.), en bleef het als kolonie bezitten tot de onafhankelijkheidsverklaring 1776.

< >